Verbindingen
Hier stelt u de eigenschappen van verbindingen in.
Type
Kies hier het gewenste type. U kunt kiezen uit vier typen: Standaardverbinding, Lijnverbinding, Directe verbinding en Boogverbinding.
Helling van lijn
Gebruik de waardevakken om het lijnverloop in te stellen. Het voorbeeldvenster zal de veranderingen die u heeft gemaakt weergeven.
Lijn 1
Gebruik dit waardevak om het gewenste lijnverloop voor Lijn 1 te definiëren.
Lijn 2
Gebruik dit waardevak om het gewenste lijnverloop voor Lijn 2 te definiëren.
Lijn 3
Gebruik dit waardevak om het gewenste lijnverloop voor Lijn 3 te definiëren.
Lijnafstand
Definieert de interlinie van de verbindingen.
Begin horizontaal
Definieer de lengte van het horizontale lijnstuk bij het begin van de verbinding.
Begin verticaal
Definieer de lengte van het verticale lijnstuk bij bij het begin van de verbinding.
Einde horizontaal
Definieer de lengte het horizontale lijnstuk aan het eind van de verbinding.
Einde verticaal
Definieer de lengte van het verticale lijnstuk aan het eind van de verbinding.
Helling van lijn herstellen
Herstelt de lijnhelling van de verbindingen.(Deze opdracht is alleen beschikbaar via het contextmenu.)